Maaien van watergangen: belangrijk voor doorstroming en waterkwaliteit

Sloten, rivieren en kanalen hebben onderhoud nodig. Een van de manieren om dit te doen is door watergangen te maaien en zo het teveel aan waterplanten in het water te verwijderen.

Het maaien van watergangen is nodig om wateroverlast te voorkomen, de doorstroming te behouden en de waterkwaliteit te verbeteren. We houden hierbij rekening met de natuur en passen ons maaibeleid per gebied aan.

Op deze pagina vindt u meer informatie over het hoe en waarom van het maaien.

Maaien: maatwerk met oog voor de natuur

We maaien alleen waar en wanneer dat nodig is. Daarbij houden we rekening met de waterdoorstroming, en de natuur. Soms maaien we eerder om wateroverlast te voorkomen, en op andere plekken juist later of minder om planten en dieren meer ruimte te geven. Waar het kan maaien we in fases en laten we het natte gedeelte van de oever staan, zodat de natuur zich kan herstellen.

Bij het maaien volgen we vaste werkafspraken, ook met onze aannemers. Zo zorgen we dat het onderhoud goed én zorgvuldig gebeurt.

Zo stellen we de eerste maaibeurt soms uit tot na het broedseizoen en maaien we vaak niet bij hoge watertemperaturen.
Maaisel blijft wat langer op de kant liggen, zodat dieren terug kunnen kruipen, en nesten van broedende vogels worden beschermd.

Waar maait het waterschap?

Het waterschap maait de watergangen waar het waterschap verantwoordelijk voor is. Dit zijn vaak de sloten, weteringen en rivieren die belangrijk zijn voor de wateraan- en afvoer, de zogenaamde primaire watergangen. Op de maaikaart is te zien welke watergangen dat zijn.

Bekijk hier een grotere kaart.

Hoe maaien we?

We maaien op twee manieren: vanaf de kant of vanaf het water met een maaiboot. Meestal gebeurt het vanaf de kant met een kraan of trekker met een maaikorf. Deze maait de waterplanten en legt ze tegelijk op de kant. Als de plek lastig te bereiken is, gebruiken we een maaiboot. Die maait de planten, waarna ze gaan drijven. De drijvende planten worden opgevangen en uit het water gehaald, bijvoorbeeld met een kraan of bij een gemaal met een krooshekreiniger.

Wat betekent dit voor omwonenden en recreanten?

Tijdens het maaien van watergangen probeert het waterschap de overlast voor bewoners en recreanten zoveel mogelijk te beperken.

U kunt langs de waterkant enige hinder ondervinden, omdat het maaisel op de kant wordt gelegd. Bijvoorbeeld op een plek waar gevist wordt. Op een paar plekken maaien we bewust niet elk jaar, zodat het riet blijft staan. Het water kan door het maaien tijdelijk troebel zijn en er kunnen plantenresten drijven.

Kromme Rijn

Tijdens maaiwerkzaamheden op de Kromme Rijn wordt op verschillende locaties de doorvaart tijdelijk gestremd. Tijdens deze periodes is het niet mogelijk om door te varen. Wel kunt u opstappen of uitstappen bij de in- of uitstapplekken die in de buurt van de stremming zijn ingericht.

De stremmingen worden veroorzaakt door vlotten die over de breedte van de Kromme Rijn worden geplaatst. Deze vlotten worden gebruikt om het maaisel bij door het waterschap ingerichte locaties te verzamelen, uit het water te scheppen en af te voeren.

Kijk voor de actuele stremmingen op vaarweginformatie.nl.

Wat ziet u daarvan in het veld?

  • Gedeelten van de vegetatie blijven staan. Dit is belangrijk voor onder meer het voedsel, de dekking en de ei-afzetplaats van dieren.
  • Het waterschap kan de eerste maaibeurt uitstellen. Als het kan tot na de voortplantingsperiode van beschermde dieren.
  • We houden rekening met maaien bij zeer hoge watertemperaturen. Dit om zuurstofloosheid in het water te voorkomen.
  • Het maaisel blijft langer op de kant liggen. We geven dieren zo de gelegenheid terug naar de watergang te kruipen.
  • Het waterschap spoort voor het maaien broedende vogels en hun nesten op en beschermt ze.

Q&A: Maaien en slootmaaisel