Vragen over medegebruik

Bij de verkoop van de grond wordt met de eigenaar afgestemd wie het gebruiksrecht gaat krijgen: de eigenaar zelf, of andere partijen die de grond gebruiken, bijvoorbeeld pachters. Als de eigenaar of gebruiker deze grond niet meer terug in gebruik willen krijgen, zal HDSR de gronden zelf gaan onderhouden.

Bruikleenovereenkomst

Het gebruiksrecht wordt vervolgens vastgelegd in een bruikleenovereenkomst. Bij een bruikleen hoeft men niet te betalen voor het grondgebruik. De bruikleenovereenkomst bevat o.a. de wederzijdse rechten en plichten. De bruikleenovereenkomst is voor onbepaalde tijd. Dat is niet eeuwigdurend, maar opzegbaar wanneer het nodig is. De gebruiker van de grond kan opzeggen wanneer men wil. HDSR mag alleen opzeggen als dit noodzakelijk is vanwege de waterveiligheid of als de gebruiker zich niet houdt aan de afspraken in de overeenkomst. De gebruiker moet zich houden aan de Keur en bijbehorende regels van het waterschap. De opzegging kan onafhankelijk van derde partijen worden gedaan.

Nieuwe bewoners en bedrijfsopvolging

De bruikleenovereenkomst houdt ook rekening met nieuwe bewoners van huizen die verkocht worden: ook dezen mogen de grond in gebruik nemen. Voor boeren wordt rekening gehouden met bedrijfsopvolging.

Belangenvereniging en LTO

Deze uitgangspunten zijn afgestemd met de belangenvereniging Sterke Lekdijk en LTO.   Door deze afstemming is zoveel mogelijk rekening gehouden met de belangen van alle betrokkenen. Iedere betrokkene maakt uiteraard zijn eigen afweging en keuze.

Als de keur toestaat dat er met vee op de dijk begraasd mag worden, mag dat ook na de dijkversterking als de keur dat toestaat. Er mag dan een raster geplaatst worden. Het waterschap plaatst eenmalig een nieuw raster indien het oude raster voor de dijkversterking verwijderd moet worden.

Het waterschap heeft als uitgangspunt om de aangekochte gronden in gebruik terug te geven aan de huidige eigenaar. Dit kunnen langjarige overeenkomsten zijn (we denken daarbij -indien mogelijk- aan een periode van 10 jaar), mits voldoende is geborgd dat het beheer en onderhoud uitgevoerd wordt zoals het waterschap dit heeft vastgelegd in de Keur en de beleids- en uitvoeringsregels van de Keur. Naar de toekomst is niet uit te sluiten dat op basis van nieuwe inzichten regels voor het onderhoud in beheerovereenkomsten kunnen worden aangescherpt – maar alleen als die aanscherpingen ook in de Keur / Regels zijn opgenomen.

Daarnaast zijn de Keur en de bijbehorende regels voor wat betreft het gebruik en het onderhoud op de primaire waterkeringen van toepassing op o.a.:

• Bemesting
• Beweiding
• Afrasteringen
• Beplanting
• Hekwerken en schuttingen
• Objecten

Voor het medegebruik op het binnentalud en de vijf meter beheerstrook, na de dijkversterking, blijven de regels uit de Keur en de Legger leidend. Aan het onderhoud van de dijk worden geen andere eisen gesteld dan opgenomen in de Keur. Anders gezegd: het eigendom van de grond verandert niets aan wat er wel en niet mag.

Agrarisch gebruik leggen we vast in een geliberaliseerde pachtovereenkomst. In geval van particulier gebruik zullen we het gebruik vastleggen in de overeenkomst die past bij het gebruik. Momenteel gelden voor de eigenaar al de huidige regels van de keur en de legger over het gebruik van de grond.

De ondergrond van de op- en afritten, tot dezelfde lijn waar de beheerstrook loopt,  wil het waterschap in eigendom verkrijgen. De particulier wordt  vervolgens met een recht van opstal de eigenaar van de op- en afrit en eventuele hekwerken op de op- en afrit. Het recht van opstal is een zakelijk recht om in, op of boven een onroerende zaak die in eigendom is van het waterschap, de weg en eventuele hekwerken, bomen, asfalt, stenen en poorten in eigendom te hebben. Het beheer en onderhoud van het asfalt, poorten en dergelijke ligt met een zakelijk recht bij de particulier.

Indien de grond nu in de Gecombineerde Opgave kan worden opgegeven als grasland voor beweiding en het gebruik van de grond niet zal wijzigen na de verwerving daarvan door het hoogheemraadschap, heeft deze grondverwerving weinig gevolgen voor beweiding. Grondverwerving door het waterschap heeft in zoverre impact op het beweiden van het dijktalud, dat na de verwerving afspraken gemaakt moeten worden over het gebruik van de grond, bijvoorbeeld in een pachtovereenkomst. Indien het op dit moment wordt toegestaan om deze grond te gebruiken als landbouwgrond en deze ook als zodanig wordt opgegeven in de Gecombineerde Opgave, zal dit in principe niet hoeven te wijzigen na de verwerving. Hierbij zij opgemerkt dat de gronden worden verworven om werkzaamheden uit te voeren. Gedurende deze werkzaamheden, kan de grond niet gebruikt worden als landbouwgrond voor beweiding. In hoeverre dit gevolgen heeft, is afhankelijk van de periode waarin de werkzaamheden worden uitgevoerd (in de Gecombineerde Opgave wordt uitgegaan van de periode 15 mei – 15 september).

De Keurregels over beweiden (hoofdstuk 37) zijn wel van belang. Op basis daarvan moet voor het desbetreffende perceel worden bepaald of en zo ja, welk type beweiding is toegestaan op grond van de Keur. Dit is echter een ander kader dan de wet- en regelgeving met betrekking tot het opgeven van oppervlakte voor beweiding.

Stuur uw vraag naar sterkelekdijk@hdsr.nl of neem contact op met Mike Seelen van team Grondzaken via 06 1161 4770.

Ook na de dijkversterking blijven de keurregels van kracht. Wilt u wat veranderen aan uw huis, tuin of bedrijf? En wilt u weten of u voor die werkzaamheden een vergunning nodig heeft of een melding moet doen? Doe de vergunningencheck op onze website: https://hdsr.vergunningen.info/

Dat verschilt per situatie. In de keurregels van het waterschap staan de regels voor verhardingen. In sommige gevallen zal u een vergunning moeten aanvragen. Kijk voor meer informatie op: https://www.hdsr.nl/vergunningen/aanleggen-wegen/.

Het waterschap hanteert het uitgangspunt dat het gebruik van de dijk na de dijkversterking gelijk blijft zoals op dit moment het geval is binnen de regels van de Keur en Legger.

Bouwwerken van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal op het talud of een steunberm zijn beperkt toegestaan. Voor het bouwen van bijvoorbeeld een schuurtje of een berging heeft u in de meeste gevallen een vergunning nodig. Ook geldt de zorgplicht. Direct controleren of u een vergunning nodig hebt? Doe de vergunningcheck op onze website.

Het waterschap is geen voorstander van drainages in of nabij dijken, aangezien dit schade kan toebrengen aan de waterkering. In een enkel geval is drainage toch mogelijk. Hiervoor heeft u wel een vergunning nodig. Kijk voor meer informatie over vergunningen, subsidies en toezicht op https://www.hdsr.nl/vergunningen/.

Verhardingen in het dijktalud, bijvoorbeeld een op- of afrit of een pad, mogen alleen aangelegd worden met een vergunning, dat hangt er vanaf….. zie zorgplicht. Ook geldt hiervoor de zorgplicht. Kijk voor meer informatie over vergunningen, subsidies en toezicht op: https://www.hdsr.nl/vergunningen/.

Het plaatsen van planten, struiken en snoeibomen onder de 5 meter is doorgaans geen probleem. Voor het plaatsen van planten, struiken, snoeibomen en bomen hoger dan 5 meter dient u een vergunning aan te vragen bij het waterschap. Ook geldt automatisch de zorgplicht. Kijk voor uw specifieke situatie op onze website: https://www.hdsr.nl/vergunningen/.