Serie Klimaatsignaal '21: de gevolgen van klimaatverandering en wateroverlast

Gepubliceerd op 16 november 2021

Op maandag 25 oktober presenteerde het KNMI het Klimaatsignaal ’21. Daarin presenteerde het weersinstituut wat de klimaatverandering voor Nederland gaat betekenen. Snelle, ingrijpende maatregelen zijn nodig om ons aan te passen aan deze verandering. Samen aan de slag voor een toekomstbestendig Nederland. In deze vierdelige serie zoomen we in op onderdelen uit het Klimaatsignaal ’21 waar we als De Stichtse Rijnlanden mee te maken hebben. Vandaag hebben we het over de gevolgen van klimaatverandering en wateroverlast.

Klimaat verandert, kans op (water)overlast groter

Het Klimaatsignaal ’21 laat zien dat de temperatuurstijging harder oploopt dan gedacht. Dat merken we in Nederland aan een snellere zeespiegelstijging, maar ook het weer wordt grilliger. Perioden van langdurige droogte en extreme hoosbuien gaan vaker voorkomen. Jaarlijks investeren de waterschappen 1,8 miljard Euro in het klimaatbestendig maken van Nederland. Met versterkte dijken, regenwaterbuffers en het vasthouden van zoetwater. Toch wordt de kans steeds groter dat ook in de regio Utrecht wateroverlast een rol gaat spelen.

Ingrijpende keuzes nodig

De tijd dat we water, land en bodem naar onze hand kunnen zetten is voorbij. Hoogheemraad Constantijn Jansen op de Haar: ‘De kans op wateroverlast wordt steeds groter. Daarom moeten we hard werken aan klimaatadaptatie en -mitigatie. Daarvoor zijn ingrijpende keuzes nodig. Hoe richten we ons gebied zo in om schade en overlast binnen de perken te houden?’

Stedelijk gebied klaar maken voor de toekomst

In het beheergebied van De Stichtse Rijnlanden vormen stedelijke gebieden als Utrecht, Nieuwegein en Houten een uitdaging. Hoe zorg je ervoor dat mensen hier ook over 50 jaar nog kunnen wonen, werken en recreëren? Jansen op de Haar: ‘We moeten aan de slag met veel groen, wadi’s en water dat in het gebied blijft en hergebruikt wordt. Zo kunnen we piekbuien beter opvangen en in perioden van droogte is er voldoende water. In Utrecht is de wijk Leidsche Rijn een mooi voorbeeld van hoe het zou moeten.’

Samen werken aan klimaatadaptatie

Klimaatverandering is niet van één partij. Om zo goed mogelijk adaptief te werk te gaan, is samenwerking cruciaal. ‘Als waterschap stimuleren we zoveel mogelijk, we willen echt aan de slag met klimaatadaptatie. Dat doen we niet alleen, maar juist samen met gemeenten, de markt en andere partners.’ Die samenwerking blijkt ook uit het Netwerk Water en Klimaat, waarin het waterschap samenwerkt met veertien gemeenten, de provincie Utrecht en de Veiligheidsregio Utrecht.

Duurzaamheid om klimaatverandering af te remmen

Samenwerking in de regio is belangrijk, maar los daarvan gaat het waterschap ook zelf aan de slag om duurzamer te werken. De Stichtse Rijnlanden gaat bijvoorbeeld in samenwerking met Eneco een warmtepomp bij de rioolwaterzuivering in Utrecht bouwen. Zo wordt de warmte van afvalwater gebruikt om woningen te verwarmen als alternatief voor aardgas. Daarnaast is de ambitie van het waterschap om in 2030 klimaatneutraal te zijn en daarmee bij te dragen aan de afremming van klimaatverandering.