VRU, Rijkswaterstaat en waterschappen sluiten vitaal partnerschap

Op 26 november hebben de de Veiligheidsregio Utrecht (VRU), Rijkswaterstaat en vier waterschappen een samenwerkingsovereenkomst voor crisisbeheersing gesloten. Het convenant bevat concrete afspraken over samenwerking in zowel de voorbereidingsfase als in de acute fase. Met het ondertekenen van het convenant hebben de partijen zich verbonden in een vitaal partnerschap voor veiligheid rond waterkwaliteit, waterkwantiteit, waterkeringen en hoofdverkeersstromen.

Vice-voorzitter Lucas Bolsius van de VRU, die namens de veiligheidsregio tekende, spreekt van een belangrijk moment voor het Utrechtse partnernetwerk voor veiligheid. "De veiligheidsregio's zijn verantwoordelijk voor de crisisbeheersing en de voorbereiding daarop. De Wet veiligheidsregio's regelt ook dat zij daarvoor afspraken moeten maken met externe partners in de vitale sectoren. Dergelijke afspraken kennen we al voor gas, drinkwater en elektriciteit en nu vullen we die samenwerking ook concreet in op het gebied van waterbeheer en verkeer. Goed dat we nu alle partijen voor het waterbeheer en het hoofdwegennet in één convenant hebben, want crises houden zich niet aan bestuurlijke grenzen of grenzen van waterbeheersgebieden."

Dijkgraaf Patrick Poelmann van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, sprak namens de samenwerkende waterschappen: "Sinds de ondertekening van het eerste waterschapsconvenant zijn we vier jaar, één wet en veel ervaring verder. Aan de waterschapskant hebben we in die tijd een vakorganisatie voor crisismanagement gevestigd die een stevige relatie met de VRU heeft opgebouwd. Zo hebben we onlangs een gezamenlijke oefening gehouden rond het scenario van een watercrisis waarin de afstemming tussen de waterkolom en de veiligheidsregio nadrukkelijk aan bod kwam."

Theo van de Gazelle, waarnemend Hoofdingenieur-directeur van Rijkswaterstaat Utrecht, sloot zich aan bij het belang van de vastgelegde samenwerking. "Met dit convenant zitten we qua samenwerking in de voorhoede in Nederland. Investeren in de onderlinge relatie en afstemming is noodzakelijk voor effectief crisismanagement, ook aan de voorkant van de veiligheidsketen. Niet voor niets is slagvaardig crisismanagement een van de speerpunten in het beleid van Rijkswaterstaat."

Vier jaar geleden sloten Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden, Waterschap Vallei en Eem, Waterschap Rivierenland en Hoogheemraadschap Amstel, Gooi en Vecht ook al een samenwerkingsovereenkomst met de VRU. Toen werd onder andere vastgelegd dat de vier waterschappen binnen het verzorgingsgebied van de VRU door één van de vier waterbeheerders zouden worden vertegenwoordigd. "De nieuwe overeenkomst onderscheidt zich door het praktisch en uitvoerend karakter", licht Maurits van Gulick, liaison waterschappen bij de VRU, toe. Het convenant van vier jaar geleden was in hoofdzaak een intentie-overeenkomst voor samenwerking. Er is sindsdien vooral gevolg gegeven aan oefening, kennismaking en planvorming. "Nu geven we die samenwerking meer praktisch handen en voeten via een actielijst met concrete afspraken en gaan we in de samenwerking ook onderwerpen als informatiemanagement, risico- en crisiscommunicatie inhoudelijk gestalte geven. Nieuw is ook de deelname van Rijkswaterstaat als infrabeheerder aan de overeenkomst. De beheersgebieden van de waterschappen en Rijkswaterstaat lopen overal in elkaar over, dus bij crises of dreigingen met een watercomponent hebben we elkaar hard nodig."

In het nieuwe convenant zijn de lessen verwerkt uit een reeks oefeningen in de afgelopen jaren. De eerste overeenkomst heeft volgens Van Gulick tot een aantoonbaar betere relatie tussen de betrokken organisaties geleid. Zo zijn de waterschappen beter zichtbaar geworden voor de veiligheidsregio en staat de voorbereiding op crises rondom waterbeheer hoger op de bestuurlijke agenda.